Gooise Vaart
Voor Hilversum was het een lang gekoesterde wens om een vaart met een haven te hebben. Daarmee kon het dorp de grondstoffen voor en de producten van de textielfabrieken makkelijker vervoeren dan over de zandwegen. Voor rijke kooplieden was het ontginnen van verlaten grond om er landbouwgrond van te maken een goede investering. Amsterdamse kooplieden hadden daarvoor een stuk land op de Gooise zandgrond op het oog. In 1625 kreeg de groep Amsterdammers een ontginningsconcessie van de Staten van Holland voor een strook grond in het Gooi. De Erfgooiers waren ertegen. Zij gebruikten de zandgronden onder andere voor het hoeden van schapen. Maar in 1634 sloten zij toch een deal met de ontginners. Op de aangewezen strook grond begon men met het afgraven van wat de Gooise Vaart zou worden. De Gooise Vaart verbond Hilversum met de ’s Gravelandse Vaart, waardoor schepen van Amsterdam naar Hilversum konden varen. Het zand dat de ontginners afgroeven verkochten zij aan gemeente Amsterdam die het gebruikte voor de uitbreiding van de grachtengordel.
‘Naakt te water’
De Gooise Vaart ontstond in etappes. Het eindpunt op de Havenstraat werd pas in 1876 bereikt. In dat jaar was de Oude Haven een feit. Via de losplaats kwamen vooral veel bouwmaterialen zoals zand en baksteen naar Hilversum. De materialen gebruikte men voor de uitbreiding van Hilversum. Al snel werden ook recreatieve voorzieningen aangelegd. Van 1885 tot en met 1898 was er een zwembad met een hoge schutting eromheen. Op verzoek van omwonenden verdween het zwembad echter weer. Zij vonden het een inbreuk op de goede zeden om al die badderaars ‘naakt te water’ te zien gaan vanuit hun huis.
Nieuwe haven
Begin 20ste eeuw werd duidelijk dat de Gooise Vaart niet meer voldeed. Het water was te smal en te ondiep voor de binnenvaartschepen van die tijd. In 1916 kwam Willem Dudok al met een ontwerp voor de afsluiting van het haventerrein en het opknappen ervan. In 1936 was het Hilversums kanaal met de bijbehorende nieuwe haven af, waardoor de al bestaande haven de Oude Haven werd.
De hand van Dudok
De grote stenen trap die de Oude Haven verbindt met de Badhuislaan komt van Dudoks voorganger Andriessen. De versiering bovenaan de trap met de koperen lantaarn is van Dudok zelf en komt uit 1916. Aan het begin van de Oude Haven ligt de Nieuwe Brug. Ook de brug is een ontwerp van Dudok. De brug verving het verving het oorspronkelijke houten exemplaar uit 1843 en sloot de haven in 1936 definitief af voor vrachtverkeer. Aan het eind van de Oude Haven ontwierp Dudok de zand- en zoutbunker.
Van verval naar stadspark
Na de opening van de nieuwe haven wordt de Oude Haven slecht onderhouden en raakt deze in verval. Door de jaren heen groeit de oude haven dicht en raakt het steeds meer vervuild. Dit kan zo niet langer, dachten bewoners in 1987. Zij besluiten om het zwerfvuil in het gebied op te ruimen. In 1991 begint de gemeente met een saneringsactie om vervuild slib weg te halen. Vanaf 1997 gaat de Oude Haven verder op de schop. De haven wordt uitgebaggerd, de hellingen opgeknapt en de graffiti op de zoutbunker verwijderd. In 2002 gaat de Oude Haven dan eindelijk open als het stadspark dat we nu kennen.